Koopkrachtplakkaat

EnergieplakkaatC

173646265 10222054268599783 1356797931624160070 n

Delen van artikels

Tijdens deze gespreksavond op 7 juni j.l., ging het in de eerste plaats over de impact van het beleid op de factoren die een aanzienlijke invloed hebben op de gezondheid. Deskundigen bespraken de impact van het leefmilieu, het werk en de ongelijkheid. Daarnaast werd de gevolgen voor de patiënten van het geneesmiddelenbeleid en van het beleid inzake de eerstelijnsgezondheidszorg toegelicht. Tenslotte werd dit beleid gesitueerd in het kader van de afbraak van de solidariteit, als fundamenteel kenmerk van het neoliberalisme. Marie Jeanne Vanmol schreef een uitvoerig verslag van deze boeiende avond.

Gespreksavond

De impact van het beleid op de gezondheid(szorg)

Antwerpen

7 juni 2018

Leefmilieu en gezondheid

Dr. Daan Van Busselen

Dr. Daan Van Busselen is kinderarts en vertelde over de lange termijn effecten van de luchtvervuiling in Antwerpen voor de 350 000 mensen die  binnen een straal van 1500m rond de ring wonen waar de blootstelling aan fijn stof en NO2 zeer groot is.

Mortaliteit en slechte luchtkwaliteit

            De lange termijneffecten gaan over mortaliteit. Een aantal Amerikaanse studies hebben de chronische blootstelling aan slechte luchtkwaliteit (dwz. wonen, werken, naar school gaan) in kaart gebracht en nagegaan welke effecten dat heeft op de gezondheid. Die zijn enorm. In Antwerpen ligt binnen de eerste 100m rond een autosnelweg de mortaliteit tot 30% hoger dan de algemene mortaliteit en dit effect is meetbaar tot op 1500 meter rond de ring. Tot op 1500m zijn er significante verschillen bij kinderen op vlak van de ontwikkeling van de longfunctie.

In Californië verbeterde de luchtkwaliteit nadat het verkeer werd aangepakt: verminderen van het aantal auto’s, lagere snelheid. De longfunctieontwikkeling van de kinderen tussen 12 en 18 jaar verbeterde significant. 

Overkapping van de Antwerpse ring en luchtkwaliteit

            Deze resultaten werden geëxtrapoleerd naar de gezondheidsstudie rond de Antwerpse ring en er werd nagegaan wat er zou gebeuren met de luchtkwaliteit als de volledige ring zou overkapt worden.

            Van de 350 000 mensen die in een straal van 1500m rond de ring wonen zouden er zeker een 330 000 tal minder blootgesteld zijn. Naar mortaliteit toe wil dat zeggen dat er jaarlijks 21 levens zouden kunnen gered worden. Die 21 levens zijn diegenen die al een significant longprobleem hebben of longtransplantaties hebben gehad. Dus het gaat hier over mensen met een ernstige longproblematiek. Dit is maar het topje van de ijsberg. 21 overlijdens minder zouden zoveel minder ziekenhuisbezoeken, zoveel minder spoedopnames, zoveel minder puffergebruik, zoveel minder kwaliteitsvermindering van het leven betekenen. We hebben ook specifiek gekeken naar de longfunctie van kinderen in 415 scholen die in de zone van 1500 meter rond de ring liggen: in 350-360 van deze scholen zou de longfunctiecapaciteit bij jongeren tussen 12 en 18 jaar er veel beter op vooruitgaan.

            De overkapping is één van de grote maatregelen die een echte rol zou kunnen spelen voor de verbetering van de luchtkwaliteit.

Kleine maatregelen en luchtkwaliteit

            Maar er zijn ook kleine maatregelen die tot de verbetering van de luchtkwaliteit zouden kunnen bijdragen. In het Curieuze Neuzen onderzoek heeft men vastgesteld dat er heel grote lokale verschillen: in smalle hoge straten, streetcanyons, met veel verkeer kan de lucht moeilijk weg, de lucht blijft er circuleren en de luchtkwaliteit is er heel slecht. Daar moet het verkeer aangepakt worden door het aantal auto’s te verminderen en snelheidsbeperkingen op te leggen. Als men de gemiddelde snelheid van de auto’s op de ring zou beperken van 120 km per uur naar 90 km per uur vermindert de black carbon uitstoot met 30%. De roetdeeltjes zijn kankerverwekkend.

Geluid en gezondheid

            De gevolgen van geluid zijn sluipend. Sommige mensen die op enkele 100m van de ring wonen melden weinig overlast van geluid. Maar de studie van hun slaapkwaliteit toont aan dat hun bloeddruk (die op lange termijn rechtstreeks gelinkt is met hart- en vaatziekten) tijdens de slaap duidelijk hoger ligt dan bij mensen die niet blootgesteld zijn aan geluidsvervuiling.

Groene ruimtes en gezondheid

            De impact van lucht- en geluidvervuiling worden nog te veel apart bestudeerd. Hun invloed op lange termijn voor de gezondheid gecombineerd met het ontbreken van groene ruimtes zouden grondiger moeten aangepakt worden.

            Uit de resultaten van milieugezondheidsstudies in Barcelona en in Litauen blijkt dat het aantal hartinfarcten met meer dan 20% stijgt als mensen meer dan 350 meter van een groene ruimte wonen. Dat aantal stijgt met 40% als de afstand van woonplaats tot groene ruimte meer dan 600m bedraagt. Groene ruimtes hebben een positieve invloed op de gezondheid. Een Ringland voor Antwerpen zou een enorme gezondheidswinst betekenen.

De politieke verantwoordelijkheid

            De Wereld Gezondheids Organisatie (WGO) berekende dat de kostprijs van de luchtvervuiling in België 17, 7 miljard euro bedraagt. De oorzaak voor de luchtvervuiling in België is voor 50% toe te schrijven aan het verkeer. Het verkeer sturen, vertragen en verminderen en andere prioriteiten vooropstellen voor meer gezondheid en leefbaarheid in de stad is een politieke verantwoordelijkheid. We moeten naar minstens 50/50 en liefst 30/70 verhouding auto’s/andere mobiliteit. Deze modalshift zit al een heel klein beetje in de Oosterweel verbinding. Zonder modalshift worden de files in Antwerpen niet opgelost. Eén van de belangrijke elementen is een fietsersbaan over de Schelde aan de Zuid ter hoogte van de Kennedytunnel. Uit de resultaten van een Deens studiebureau blijkt dat een fietsersbrug tot 30% meer mensen aan zou zetten de Schelde over te steken.

            Een andere politieke verantwoordelijkheid is de aanpak van de fiscale maatregel voor bedrijfswagens die het autogebruik stimuleert.

Werken is gezond. Is dat zo?

Dr. Geert Seynaeve, bedrijfsarts

            We leven in een maatschappij waar de mens zijn bestaan moet verzekeren door te werken. Eén van de belangrijkste negatieve gezondheidsdeterminanten is werkloosheid. Werk waar de mens zich kan ontplooien is enorm positief maar in mijn werk als bedrijfarts zie ik weinig mensen die zich in hun werk kunnen ontplooien. Ik zie eerder het omgekeerde: ik zie mensen die een karikatuur worden van zichzelf. Mensen werken om den brode en betalen hiervoor een hoge prijs. Ik wil het vandaag zo concreet mogelijk hebben over de dingen die ik als bedrijfarts in een multinational elke dag meemaak.

De reïntegratie van langdurig zieken

            Het KB betreffende de reïntegratie van langdurig zieken werd in voege gebracht in november 2016. Een reïntegratie traject voor langdurig zieken kan door drie partijen worden opgestart: de persoon in kwestie of zijn behandelend arts, de adviserend geneesheer van de mutualiteit, of de werkgever. De arbeidsgeneesheer wordt dan gevraagd een bilan op te maken van de gezondheidsstatus van de werknemer en een evaluatie te maken van de medische vereisten van de werkpost. Op basis van deze gegevens moet de arbeidsgeneesheer een beslissing nemen. Er zijn 5 soorten beslissingen mogelijk (geen adviezen):

1.     Er kan geen beslissing genomen worden

2.     Er moet tijdelijk aangepast of ander werk gezocht worden ten opzichte van zijn huidig contractueel werk

3.     Kan tijdelijk zijn huidig contract niet naleven of ook geen aangepast werk uitvoeren

4.     Hij moet definitief aangepast of ander werk krijgen

5.     Hij is definitief ongeschikt, ook voor aangepast of ander werk. Definitief ongeschikt betekent dat de patroon de werkgever kan ontslaan wegens medische overmacht.Wat is het resultaat van dit KB voor het jaar 2017?

7/10 mensen die dit traject opstarten worden definitief ongeschikt verklaard. Dit betekent dus niet een KB op reïntegratie maar een KB voor ontslag zonder opzeggingsvergoeding en het verlies van compensaties, bijkomende vergoedingen bovenop de ziekteverzekering of een private verzekering die gepaard gingen met dit arbeidscontract. Er is geen officiële registratie van de mensen die zich in deze situatie bevinden. De vereniging van de externe arbeidsgeneeskundige diensten hield op vrijwillige basis het aantal dossiers bij

1ste kwartaal 2017: 567 dossiers

2de kwartaal 2017: 1700 dossiers

3de kwartaal 2017: 1567 dossiers

4de kwartaal 2017 : 118 dossiers

Dit is een behoorlijk aantal mensen die uitgesaneerd worden. De arbeidsgeneesheren in de regel hebben weinig empathie voor loontrekkende en zij worden onder druk gezet door de bedrijven. Ze hebben niet de persoonlijkheid om daar weerstand aan te bieden.

Burnout

De evolutie in de bedrijven is er één van toegenomen productiviteit en werkdruk. Die is voor sommige taken onmenselijk zowel op psychosociaal als op fysisch vlak.  De mensen worden ziek door de slechte werkomstandigheden, gebrek aan motivatie, een onevenwicht tussen werk en privé en precaire werkomstandigheden. Burnout is een besmettelijke ziekte die sinds een drietal jaar als een lawine van psychosociale klachten komt aangerold omdat na een bepaalde tijd het etiket wordt toegestaan. Burnout is aan de ene kant een symptoom van een ernstig maatschappelijk probleem en aan de andere kant ook een symptoom van de zwakte van de arbeidersbeweging en de politieke linkerzijde die het probleem niet politiek oplossen en toelaten dat het gemedicaliseerd wordt. Het resultaat van het KB voor reïntegratie van langdurig zieken dient voor een groot deel om dit probleem weg te werken.

Ongelijkheid en gezondheid

Prof. Dr. Van Hal (UA)

Prof van Hal laat zich verontschuldigen en Michel Vanhoorne gaf mede op basis van gegevens uit zijn cursus een klein overzicht over Ongelijkheid en Gezondheid.

Opleidingsniveau

            Een maatstaf voor ongelijkheid is het opleidingsniveau. Reeds in de 19de eeuw werden mortaliteitscijfers berekend: een arbeider leeft minder lang dan een bediende en deze minder lang dan een notaris of professor.

            In de meeste van deze studies over Ongelijkheid en Gezondheid blijkt dat bij de arbeider het subjectief slecht gevoel aangaande de eigen gezondheid 2,5 maal hoger ligt dan deze bij mensen met een hogere opleiding. Hun depressief gevoel ligt ook 2,5 maal hoger. Over zelfmoordpogingen zijn geen cijfers beschikbaar, maar het is duidelijk dat er meer zelfmoordpogingen zijn.

            De epidemiologen Kate Pickett and Richard Wilkinson hebben cijfers in verband hiermee van over de hele wereld verzameld en gepubliceerd en becommentarieerd in hun boek “The Spirit Level”, aan te raden lectuur voor iedereen die zich hierin wil verdiepen.

Beroepen

            De mortaliteit tussen 25 en 60 jaar voor risicovolle beroepen ligt beduidend hoger dan voor de minst risicovolle beroepen zoals overheidspersoneel, leerkrachten,wetenschappers, artsen en verplegers. Schoonmakers hebben minder gezonde levensjaren: 703 schoonmakers per 100 000 overlijden tussen 25 en 60 jaar. Naar de huidige maatstaven zijn dit vroegtijdige overlijdens. Het beroep is dus ook bepalend voor de ongelijkheid van de dood. (cf artikel in de Standaard “Als hij maar geen schoonmaker wordt” naar aanleiding van het doctoraat van Laura Van den Borre (VUB) over de oorzaak van mortaliteit tussen 25 en 60 jaar.)

Wonen

            De verschillen in gezondheid worden ook bepaald door slechtere levensomstandigheden en ongezond wonen. De woningpolitiek in België is vrijgegeven aan de markt en is koploper in de deregulering van de huurprijzen.

Ongezonde levensstijl

            Mensen die leven en werken in slechte levensomstandigheden  zijn meer gewonnen voor snelle genoegdoening (drinken, sigaretten roken) dan voor de overweging dat hun leven waard is om geleefd te worden. De politiek heeft een grote verantwoordelijkheid in de toename van de ongelijkheid in de gezondheid van de burgers: die is in de laatste 30 jaar in een groot deel van de wereld intern in de landen toegenomen, ook in de hoogontwikkelde industriële landen.

De gevolgen van het geneesmiddelenbeleid

Sarah Melsens (Actieplatform Gezondheid en Solidarieit)

De medicijnenrealiteit is volledig commercieel. De farmaceutische bedrijven (velen zijn multinationals) kijken uitsluitend naar hun rentabiliteit en hechten weinig of geen belang aan volksgezondheid. Via het systeem van patenten bezitten de farmaceutische bedrijven een monopoly over bepaalde medicijnen. 

Farmaceutische lobby

            Op Europees niveau besteedt de farmaceutische industrie meer dan 40 miljoen euro per jaar aan lobbying. Dat is 15 keren meer dan de lobbyuitgaven van het maatschappelijk middenveld  op het gebied van volksgezondheid.

            Het is de meest rendabele industrie met winstmarges van meer dan 20% . Die farmaceutische lobby heeft haar impact op het systeem van patenten. Dat hebben we gezien tijdens de onderhandelingen van het vrijhandelsakkoord TTIP waarin enorm veel voorstellen voor wetteksten door de farmaceutische industrie werden opgesteld. In die onderhandelingen ging het ook over de klinische proeven, de geheimhouding van bedrijfsinformatie met zware sancties als gevolg indien die zou worden vrijgegeven.

Innovatieve geneesmiddelen

            In Europa wordt steeds meer geïnvesteerd in innovatieve geneesmiddelen.   De nationale staten worden gedwongen om ongegronde financiële voorwaarden te accepteren om die nieuwe medicatie op de markt te brengen.  De overheidsuitgaven in Europa zijn tussen 2000 en 2009 met 76% gestegen als gevolg van de stijgende kosten van de innovatieve geneesmiddelen. Daardoor krijgen steeds meer landen het moeilijk om die kosten nog te dragen binnen de huidige sociale gezondheidssystemen zoals Griekenland, Spanje enz.

            Het Innovative Medicine Initiative, IMI is een publiek/privaat project tussen de Europese Commissie en de Europese Federatie van de Farmaceutische Industrie Die heeft er kunnen voor zorgen dat Europa enorme subsidies geeft aan de Farmaceutische Industrie. De twee laatste legislaturen werd dat een subsidie van 5,3 miljard euro voor onderzoek en ontwikkeling waarbij er geen voorwaarden gesteld werden om die subsidies op één of andere manier ten goede te laten komen aan patiënten dmv goedkopere geneesmiddelen

Het flagrante systeem van patenten

            Multinational Gilead ontwikkelde een behandeling voor hepatitis C waarvan de onderzoeksresultaten gekocht werden van een universiteit, een publieke overheid.  Na één jaar commercialisering van deze behandeling waren de kosten al terugbetaald. De productiekosten voor één behandeling bedragen 100€ en de verkoopsprijs in Engeland is 30 000£, 84 000$ in de VS en 40 000€ in België. Dat betekent dat enorm veel mensen met hepatitis C geen toegang hebben tot de behandeling of alleen de ergste gevallen krijgen toegang tot de behandeling en mensen met een minder geëvolueerde vorm moeten wachten tot er een budget vrijkomt. Het is een wereldwijd probleem. In Zuid Afrika en in Aziatische landen worden er acties gevoerd tegen deze exorbitante prijzen. Vermits deze behandelingen nog een aantal jaren onder patenten zullen blijven is het nog zolang wachten op het moment dat generische middelen voor de behandeling van hepatitis C op de markt zullen komen.

Het specifieke geneesmiddelenbeleid in België

            Sinds 2015 zien we een systematische budgetoverschrijding dat nu reeds jaarlijks meer dan 200 miljoen € bedraagt. Terwijl andere sectoren in de gezondheidszorg steeds meer de riem moeten aansnoeren zien we dat de Belgische overheid het minder moeilijk heeft om budgetten te vinden voor het geneesmiddelen beleid .

Wat is de oorzaak van de budgetoverschrijding:

1.nieuwe behandelingen of innovatieve geneesmiddelen

2.geneesmiddelen die via het artikel 81 worden onderhandeld.

Artikel 81. De weg naar de geheime contracten.

            De Commissie voor de Tegemoetkoming van Geneesmiddelen (CTG) is samengesteld uit afgevaardigden van 8 universiteiten en mutualiteiten die hun advies geven over een bepaald geneesmiddel dat moet goedgekeurd worden voor terugbetaling. De farmaceutische industrie en een vertegenwoordiger van de regering zetelen ook in deze Commissie maar hebben geen stemrecht.

            We zien de laatste jaren dat deze Commissie steeds meer onder druk staat. Er hebben een aantal interne veranderingen plaats gegrepen zoals geheime stemming.   Dat houdt in dat de farmaceutische industrie aldus gemakkelijker druk kan uitoefenen op bepaalde leden van deze commissie vermits zij nu niet meer openlijk hun standpunt moeten verklaren. Een gewone meerderheid van stemmen is voldoende om de terugbetaling van een geneesmiddel te verkrijgen. De macht van de ziekenfondsen in deze commissie (zij bezitten 1/3 van de stemmen) wordt aldus naar beneden gehaald. 

            Een nieuw geneesmiddel kan voor terugbetaling goedgekeurd worden of niet. Bij een negatieve uitslag heeft het kabinet van volksgezondheid nog een achterpoortje dat al bestond voor deze regering maar dat sinds 2015 veel meer gebruikt wordt. Dat is het fameuze artikel 81waarbij tussen het kabinet van Magie De Block en een bepaald farmaceutisch bedrijf achter gesloten deuren akkoorden worden afgesloten waarbij de minister aldus nog kan beslissen om een geneesmiddel toch terug te betalen. Heel vaak gaat het over geneesmiddelen die de commissie weigerde omdat ze veel te duur zijn of omdat het geneesmiddel geen extra meerwaarde oplevert in vergelijking met de reeds bestaande geneesmiddelen op de markt of waarvan de werking nog niet voldoende bewezen is.

            Waarom zijn deze akkoorden geheim? Enerzijds omdat de farmaceutische bedrijven de klinische resultaten geheim willen houden zodat ze niet door andere bedrijven kunnen gepikt worden maar ook omdat een geneesmiddel een officiële prijs heeft en er onderhandeld wordt over cashbacks. Een voorbeeld: een bepaalde medicatie kost 1000€ waarbij het bedrijf per medicatie 200€ kan terugbetalen. Deze afspraken worden geheim gehouden zodat het farmaceutisch bedrijf in een ander land weer opnieuw kan onderhandelen om een zo hoog mogelijke prijs te verkrijgen.

            Hierdoor komt het dat geneesmiddelen verschillende terugbetalingstarieven hebben in verschillende landen. Het zijn geheime akkoorden waarmee in andere Europese landen ook wordt onderhandeld. Dit is vooral nadelig voor landen die in een zwakke onderhandelingspositie zitten.

            Artikel 81 gaat over 25% van alle kosten voor geneesmiddelen die in België op de markt omen. Het gaat over 1 miljard euro voor 81 geneesmiddelen. Het onderzoekswerk naar al deze informatie werd uitgevoerd door mutualiteiten en journalisten omdat er zoveel geheimhouding is. De farmaceutische industrie blokkeerde vorig jaar het jaarlijks rapport van het RIZIV zodat er geen kritische informatie is vrijgekomen wat een serieus democratisch deficit betekent.

Een geneesmiddelenbeleid ten dienste van de bevolking

Het Europees Netwerk tegen de Commercialisering van de Gezondheidszorg heeft een aantal eisen geformuleerd betreffende het geneesmiddelenbeleid in het algemeen zowel op Belgisch als op Europees niveau

1. meer samenwerking op Europees en internationaal voor de onderhandelingen over het prijzenmechanisme zodat de concurrentie tussen de verschillende landen vervalt.

2.een beperking van het systeem van patenten in de vrijhandelsakkoorden.Meer inzetten op generische geneesmiddelen waardoor er ook voorstellen rond de openbare uitbestedingen zoals bvb het KIWI model in Nederland gepromoot wordt.

3.Een systeem van dwanglicenties: sinds de DOHA-verklaring van 2001 heeft een land de mogelijkheid om in belang van de volksgezondheid een te duur geneesmiddel te weigeren en te kiezen voor een generisch middel ook al is er nog een patent.

4.Meer openbare investeringen in openbare onderzoeksinstellingen en laboratoria in deze uitermate geprivatiseerde farmaceutische sector.

Gevolgen van het beleid voor de patiënt

Dr. Anne Delespaul, Geneeskunde voor het Volk

            Maggy De Block heeft een hechte band met de farmaceutische lobby en deelt cadeaus uit wat de sociale zekerheid onder druk zet. In verschillende sectoren van de gezondheidszorg legt ze besparingen op en anderhalf jaar geleden heeft ze de terugbetaling van een aantal geneesmiddelen (antibiotica, cortisone neussprays en maagzuurremmers) naar beneden gehaald. Dat was volgens haar nodig om enerzijds overconsumptie van deze medicaties tegen te gaan en anderzijds ook een besparingsmaatregel om medicatie zoals voor hepatitis C terug te kunnen betalen voor de patiënten die dat nodig hebben. De minister beweert dat er overgeconsumeerd wordt maar de gevolgen zijn vooral dat mensen met weinig financiële middelen de aankoop van essentiële geneesmiddelen zoals antibiotica uitstellen en/of niet gebruiken.

            Het argument dat er teveel gebruikt wordt en dat de prijzen moeten verhoogd worden houdt geen steek want in Nederland zijn deze medicamenten op voorschrift gratis te verkrijgen voor de patiënten. Zij moeten geen remgeld betalen en toch wordt daar veel minder antibiotica en maagzuurremmers geslikt. De prijsverhoging gaat er niks aan veranderen aan het feit dat we in België teveel bepaalde medicamenten slikken. Dat maakt alleen dat mensen die het echt nodig hebben en geen financiële middelen hebben dat niet kunnen betalen

Het KIWI-model

            Hiertegenover zetten wij het KIWI-model. Indien er geld moet gespaard worden in de farmaca industrie dan is het KIWI-model een heel goede manier. Het gaat niet alleen om een prijsdaling maar het is ook een andere manier om aan een geneesmiddelenbeleid te doen.

            Men bekijkt eerst de behoeftes van de maatschappij en op basis van onafhankelijk wetenschappelijk onderzoek wordt er beslist welk geneesmiddel voor welke aandoening zal gebruikt worden. Dan wordt een openbare aanbesteding uitgeschreven. In Nederland wordt dit vandaag toegepast maar het nadeel in Nederland is dat de winst van het systeem naar de privé verzekeraars gaat. 

            Het KIWI-model in België zou jaarlijks voor de duurste geneesmiddelen 400 miljoen euro opleveren met daarbij 230 miljoen euro aan de aan remgelden die de patiënt niet meer zou betalen. In totaal meer dan 600 miljoen euro!!

Het reïntegratiebeleid

            Het beleid van deze regering maakt de mensen ziek. Uit een studie van Securex blijkt dat langer werken de hoofdreden is waarom de mensen meer langdurig ziek zijn. De pensioenregelingen van deze regering hebben daar rechtstreeks invloed op, alsook het meer flexibel werken, waardoor evenwicht tussen werk en privé uit balans geraken, de flexi jobs, de hoge werkdruk en stress. De pensioenleeftijd wordt opgetrokken ondanks het feit dat de mensen minder gezonde levensjaren in het vooruitzicht hebben. Diegenen die in de ziekteverzekering terechtkomen worden opgejaagd om terug aan het werk te gaan.

Alle praktijken van de Geneeskunde voor het Volk hebben een onderzoek gedaan naar het voorkomen van chronische aandoeningen bij 3000 patiënten tussen 55-70 jaar   Er werd ook gevraagd of ze zich nog in staat voelden in hun huidige job verder te blijven werken. Op de leeftijd van 59 jaar geeft 1/3 aan niet meer in staat te zijn om te werken en 1/3 heeft nood aan aangepast werk. Dit toont het belang aan van aangepast werk op het einde van de carrière en ook vervroegd pensioen voor veel mensen. 

Wijkgezondheidscentra

            Bijna 1 miljoen Belgen stellen een bezoek aan de huisarts uit omwille van financiële redenen. Wijkgezondheidscentra zijn een deel van de oplossing. De patiënt schrijft zich in bij een groepspraktijk en deze krijgt voor elke ingeschreven patiënt een vast bedrag per maand van de mutualiteit. De patiënt moet niet betalen als hij op consultatie komt. Er zijn patiënten die bijna nooit komen en brengen dus geld op voor de praktijk en er zijn patiënten die veel komen en die kosten meer dan wat het opbrengt. Het is dus een solidariteitssysteem tussen de patiënten ingeschreven in de groepspraktijk. Het preventief werken wordt gestimuleerd. Hoe gezonder de patiënten hoe beter, hoe minder ze moeten langskomen. In het systeem van vandaag met de betaling per prestatie zijn het aantal huisbezoeken bepalend voor het inkomen van de arts.

            In 2016 voerde Maggy De Block een eerste besparingsronde door waarbij ze het budget voor de werking van de wijkgezondheidscentra met een aantal miljoenen verminderde. Er mochten geen nieuwe centra meer opengaan. Nu is dat besluit weer vernietigd maar wij verwachten ons wel nog aan maatregelen die het budget verder naar beneden zullen halen. Via de kaasschaafmethode het budget zo afromen dat het voor wijkgezondheidscentra niet meer haalbaar blijft om op hun manier te werken.      Haar argumenten dat we overgefinancierd zouden zijn houden geen steek. Een vergelijkende studie van de mutualiteiten toont aan dat we op de eerste lijn inderdaad wat meer kosten maar dat dit wordt ruimschoots terugverdiend door minder kosten aan medicatie, goedkoper en beter voorschrijven, en minder kosten in de tweede lijn omdat we minder snel doorverwijzen. Het budget voor de wijkgezondheidscentra bedraagt 157 miljoen euro per jaar. Vergelijk dit met de 6,7 miljard honoraria waaronder de ereloonsupplementen die de jaarlijkse premies voor de hospitalisatieverzekering van de patiënt de hoogte indrijven.

De witte woede

            Een gezonde maatschappij gaat niet alleen over gezondheidszorg maar ook over huisvesting, arbeid, pensioenen. Er is ook heel wat strijdbaarheid. Rond de pensioenen is er heel wat gebeurd. Maar de grootste strijdbeweging hier in België vorig jaar was de zorgsector: de witte woede en dat gaat alleen maar toenemen Daar ben ik van overtuigd.

Solidariteit vs Ieder voor Zich, en de TAM TAM Campagne

Michel Vanhoorne, coördinator Links Ecologisch Forum

Neoliberalisme versus Solidariteit

            Margaret Thatcher en haar collega Ronald Reagan waren in jaren 80 de promotoren van het neoliberalisme. Twee uitspraken zijn tekenend voor hun neoliberaal beleid: TINA There Is No Alternative en ‘There is no such thing as society, there are only individuals’. Ieder voor zich waarbij de solidariteit op alle manieren wordt afgebroken. Het neoliberalisme werd in mindere of meerdere mate overgenomen in een groot deel van de wereld , ook door alle Belgische regeringen sinds 1982.

            Het pensioenstelsel is een solidariteitsmechanisme waarbij de werkenden betalen voor de gepensioneerden (repartitiestelsel). Dat is solidariteit. Deze regering wil de jongere wijsmaken dat dit systeem niet meer werkt en dat zij dus best sparen voor hun eigen pensioen (kapitalisatiesysteem), tot meerdere baten van de privé pensioenfondsen.

            De vakbondsrechten worden afgebroken, de staat moet afgeslankt en als je werkloos bent is dat je eigen schuld. Alleen door je eigen verdienste kun je iets bereiken (meritocratie).

TAM TAM

            TAM TAM startte zijn campagne tegen de maatregelen van deze huidige regering, tegen het neoliberalisme in het algemeen dat is doorgedrongen in de politiek van de meeste landen. Deze regering is de slechtste sinds WOII. Academici en 80 organisaties waaronder de vakbonden en de mutualiteiten willen daartegen reageren, de mensen wakker maken om daartegen te strijden en om te zorgen dat er volgend jaar een ander beleid komt, voor solidariteit en niet ieder voor zich.

Verslag Marie Jeanne Vanmol

18 juni 2018