images/headerlefonline.jpg
Delen van artikels

I. Hoe is het zover gekomen?
Een crisis, of die nu economisch, politiek of gezondheidsgerelateerd is, vormt altijd een gelegenheid om ieders verhaal af te toetsen. Afhankelijk van waar we spreken, wat we vertegenwoordigen en welke onze sociale situatie is, ervaren en vertellen we de oorzaken, het verloop of de gevolgen van de coronavirus-pandemie op een andere manier.

In 2008 moest de hele progressieve wereld nog het onderspit delven in de strijd om zijn verhaal door te drukken. De toenemende economische ongelijkheid en het wanbeleid van de banken werden niet beschouwd als de diepere oorzaken van de crisis. Al snel werd ons voorgehouden dat de bankencrisis en de particuliere schulden een "crisis van de overheidsschuld" was. Deze leugen heeft onder meer de economische, sociale en democratische uitbouw van Europa beïnvloed. De stelsels van sociale bescherming, openbare diensten, maar ook cultuur, die als te duur werden beschouwd, werden gedwongen de broeksriem aan te halen. Deze nieuwe bezuinigingsronde heeft haar tol geëist in ons gezondheidsstelsel, de openbare diensten en de sociale zekerheid, alsook het pad geëffend voor de volgende crisissen met het huiveringwekkende resultaat dat we vandaag kennen. Anderzijds heeft ze het bedrijfsleven, de aandeelhouders, de banken, de multinationals en de speculanten in staat gesteld om honderden miljarden te vergaren en hun macht over de maatschappij en ons leven te vergroten.

Met de coronavirus-pandemie kent de strijd om een verhaal aan de man te brengen een nieuwe episode. De progressieve wereld kan zich geen nieuwe mislukking veroorloven. Omdat onze openbare diensten en sociale zekerheid het afgelopen decennium sterk verzwakt werden, en omdat van de ecologische ontwikkelingen nieuw onheil te verwachten valt. Bovendien onthult het coronavirus, misschien zelfs meer dan de rommelhypotheken, de fundamentele tegenstrijdigheden van het kapitalisme. Het volgen van een verhaallijn over wat er is voorgevallen en wat er gebeurt, is niet enkel een kwestie van moraliteit of oprechtheid: het is in de eerste plaats een probleem van uiteenlopende belangen (die van de werknemers/werkneemsters zijn niet die van de renteniers): het verhaal dat de bovenhand zal halen, zal de maatschappij domineren - ten goede of ten kwade.

De pandemie en de lockdown bevestigen verschillende elementen:

1. Als het erop aankomt om de levensbehoeften en de continuïteit van onze samenleving te garanderen, zullen we niet kunnen terugvallen op de multinationals en de voornaamste spelers van het financiële bestel, en het beurswezen. Integendeel, deze actoren van het neoliberalisme, die al decennialang op de eerste rij staan om lessen in goed bestuur aan de overheid te geven, komen de samenleving nu om steun vragen, zodat die de verliezen op zich neemt, bij voorkeur onvoorwaardelijk.
2. De sociale zekerheid, sociale huisvesting, openbare diensten - met inbegrip van het onderwijs - en de non-profitsector zijn onvervangbaar om crisissen te overwinnen, ongelijkheden te bestrijden en, meer in het algemeen, om een echte democratie te garanderen. Een democratie die ook de menselijke waardigheid voor iedereen garandeert.
3. Het zijn de slecht betaalde werknemers/werkneemsters met een lage status in de neoliberale ranking van beroepen die het meest nuttig zijn voor de samenleving. En – zoals te verwachten – worden deze slecht betaalde jobs grotendeels ingevuld door vrouwen. Het zijn in feite de medische beroepen in de ruime zin van het woord, verplegers, zorgmedewerkers, kinderverzorgers, bedienden van de werkloosheids-diensten, kassapersoneel, magazijnbeheerders, schoonmakers, koeriers en bezorgers, researchers, vuilnisophalers, bewakingsagenten, landbouwers, of nog mensen zonder papieren die – cynischer kan het niet – van "economisch nut" worden, en zich nu in de frontlinie van het virus bevinden en onze maatschappij rechthouden. Traders, speculanten, renteniers of aandeelhouders schitteren door hun nutteloosheid. En als ze hun mening geven, dan is het om de essentiële sectoren opnieuw te laten draaien, maar niet erbovenop te helpen, steeds voor hun eigen geldgewin en ten koste van de gezondheid.

4. Grote beloften inzake internationale solidariteit, klimaat of energietransitie worden al snel overboord gegooid zodra zich een nieuwe economische crisis aandient. Verschillende regeringen en lobby’s van multinationals hebben al opgeroepen om de doelstellingen van Parijs op de lange baan te schuiven: niemand heeft voorgesteld om een volgende dividendenuitkering of vrijhandelsakkoord uit te stellen tot 2050...

5. Intensieve landbouw en de verwoesting van leefomgevingen (o.a. door ontbossing) leiden tot steeds meer epidemieën. De (over)productie op basis van de just-in-time productie en grote transporten zorgen voor een levensbedreigend bevoorradingssysteem, zeer kwetsbaar en onhoudbaar op wereldschaal.

6. De concentratie van economische en politieke macht in de handen van enkele grote aandeelhouders en de leiding van enkele politieke partijen duwt ons steevast naar de afgrond. Deze instellingen zijn niet klaar om de aankomende uitdagingen aan te gaan, en hebben dat nu eens te meer bewezen. Integendeel, het is hoofdzakelijk de toewijding van het personeel van de openbare diensten (in de breedste zin van het woord) en de solidariteit tussen de mensen die het vandaag mogelijk maken om maskers te verstrekken, om hulp te bieden aan wie vergeten wordt, om de continuïteit in de opvoeding van de kinderen te verzekeren... De democratie en de collectieve inzet brengen ons redding en niet de bijzondere machten of de inperking van onze fundamentele vrijheden.

De vraag draait vandaag niet rond wie gelijk of ongelijk heeft, want het antwoord ligt voor de hand. De echte vraag is hoe we samen het algemeen belang vorm kunnen geven en verdedigen. Om dit te doen, is het van essentieel belang dat we onmiddellijk het debat en het overleg tussen de emanciperende maatschappelijke bewegingen opstarten. Zo kunnen we ervoor zorgen dat onze inzichten ruimer gedeeld worden en de machtsverhoudingen omkeren ten gunste van de meerderheid van de bevolking.

II. De belangrijkste prioriteiten onder de loep nemen
Het gemakkelijkst is waarschijnlijk om onomwonden te zeggen wat we niet willen – maar wat toch kan gebeuren als we laten begaan:
• Nee, het is niet aan de werknemers (met of zonder baan) noch aan personen in een precaire situatie om voor deze crisis op te draaien (via ingrepen op hun loon, arbeidstijd en –omstandigheden, huisvestingsvoorwaarden, rechten en vrijheden, sociale uitkeringen…).
• Nee, er mag niet gesnoeid worden in de sociale zekerheid, de openbare sector en de essentiële maatschappelijke voorzieningen (gezondheidszorg, sociale bijstand, onderwijs, voortgezette vorming, cultuur).
• Nee, de (te) schuchtere pogingen om te reageren op de klimaatcrisis mogen niet stilvallen.
• Nee, er mag evenmin sprake zijn van het verder slopen van de burgerlijke vrijheden, de vrouwenrechten, de rechten van de minderheden, het recht op fatsoenlijke huisvesting, de opvang van migranten, de culturele rechten.

Tegenover deze vier zeer reële risico’s staan vier algemene principes waarover we het eens zijn.

1. Gelijkheid en waardigheid centraal stellen in het project

België is een van de rijkste landen van de wereld, en artikel 23 van onze grondwet garandeert iedereen het recht op een waardig leven. Echter, in de praktijk was dit al verre van het geval vóór de coronacrisis. In de afgelopen 30 jaar zijn de ongelijkheden fel toegenomen: 1 op de 4 kinderen groeit op in een arm gezin, 15% van de Belgen moet het stellen met minder dan 1.000 euro per maand en 48% van de Belgische werknemers leeft in armoede ; 400.000 huishoudens bevinden zich in een situatie van energieonzekerheid, vrouwen worden nog steeds op vele manieren gediscrimineerd, een groeiend aantal mensen zijn slecht gehuisvest of staan op straat, mensen met een handicap zijn het slachtoffer van segregatie, sommige mensen overleven zonder papieren en anderen worden om die redenen opgesloten… Echte gelijkheid en waardigheid moeten als fundamentele elementen dienen voor het hertekenen van ons systeem. Een herverdeling van de geproduceerde rijkdom en de versterking van de sociale zekerheid zijn daarbij van cruciaal belang.

2. Zorg dragen voor onze planeet

Lang voor de coronacrisis had onze gezondheid al zwaar te lijden onder de aantasting van het milieu: klimaatverstoring, luchtvervuiling, pesticiden, verwoeste landschappen, massaal verminderen van de biodiversiteit, wat pandemieën bevordert… Ook al is het te laat om sommige rampen te voorkomen, we kunnen de omvang ervan beperken en een echte en rechtvaardige ecologische transitie inzetten. Deze overgang gaat onvermijdelijk gepaard met een radicale transformatie van onze productiemethodes en manieren om handel te drijven. De huidige situatie is de aanleiding om essentiële activiteiten (waaronder herstellende activiteiten zoals kleinschalige landbouw) te valoriseren, destructieve activiteiten af te bouwen en transities te bevorderen.

3. Naar een reële democratie

Het universeel stemrecht, het recht op vrije meningsuiting, het recht om te vergaderen en te handelen, en het meerpartijenstelsel zijn essentiële kenmerken van de democratie. Ze volstaan echter niet om van een reële democratie te kunnen spreken. Komen de verkozenen hun verbintenissen na? Wordt er niet steeds vaker een loopje genomen met de scheiding der machten? Hebben de grote lobby’s geen vrij spel in hun invloed op de genomen oriënteringen? Dicteren de financiële markten niet hun wetten? Is ons parlement voldoende representatief? Worden corrupte politici hun macht ontnomen? Wordt de blanco stem erkend? Wordt de sociale en democratische rol van cultuur naar waarde geschat? Kunnen de burgers ingrijpen bij belangrijke beslissingen die nooit voorafgaand werden bediscussieerd? Willen we echt leven in een maatschappij waar elk gebaar en elke beweging wordt gevolgd en gecontroleerd, zonder rekening te houden met onze fundamentele rechten?

We mogen ons niet tevreden stellen met dit greintje democratie. Onze democratische rechten mogen in geen geval verworden tot louter middeltjes om bij te sturen. De voorstellen maar ook de concrete praktijken op het terrein die de uitdieping van de democratie beogen zijn talrijk en er moet hier absoluut rekening mee gehouden worden.

4. Internationale solidariteit

Omdat het dom en nutteloos is de wereld te willen veranderen ten koste van onze buren, onderschrijven we volkomen het internationalistisch perspectief. Gedaan met economische oorlogen en competitiviteitseisen! Dit is een impasse, een model dat de hele wereld met zich mee naar beneden sleurt, met nog stuitender onrecht in bepaalde regio’s en voor bepaalde bevolkingsgroepen. Net als de uitdagingen van migratie of klimaat, toont de huidige pandemie eenvoudig maar duidelijk aan dat we internationale betrekkingen nodig hebben die steunen op samenwerking en solidariteit en niet op concurrerende markten of vrijhandelsakkoorden.
*
Deze vier grote principes kunnen ongetwijfeld rekenen op een brede consensus omdat ze algemeen van aard zijn: dit is zowel hun sterkte als hun zwakte. Het is niet enkel met principes, maar ook met concrete en strategisch uitgedachte voorstellen, die in alle diversiteit worden toegepast in functie van de realiteiten, dat we ons post-corona-leven kunnen vormgeven. Wij willen dus vier politieke prioriteiten naar voor schuiven in de discussie.

We starten natuurlijk niet met een blanco blad: heel wat alternatieve voorstellen die door sociale burgerbewegingen werden uitgedragen waren en zijn nog steeds brandend actueel. Anderen duiken op in het licht van de gezondheidscrisis en de lessen die sinds drie maanden moeizaam worden getrokken. Een breed front kan en mag niet op exclusiviteiten berusten, het is logisch en wenselijk dat uiteenlopende eisen naast elkaar bestaan. Onze zorg is enkele prioritaire eisen naar voor te schuiven waarrond organisaties en bewegingen zich kunnen scharen, en daarmee de fundamenten te leggen voor een meer gelijke, meer ecologische en meer democratische samenleving.

Vier sterke politieke voorstellen:

Twee voorstellen om op grote schaal budgettaire middelen vrij te maken, en twee voorstellen om deze middelen voor de samenleving aan te wenden:

1. Op grote schaal nieuwe inkomstenbronnen aanboren en het monetair en begrotingsbeleid aan de kaak stellen dat verhindert om overheidsuitgaven te gebruiken voor publieke investeringen.
2. De rijken, de financiële wereld en de multinationals laten betalen, via een radicale, solidaire en transparante hervorming van het fiscaal beleid op elk niveau, nationaal, Europees en mondiaal (globalisering van inkomsten, doortastend optreden tegen fraude en belastingontduiking, progressieve belasting van de inkomsten en de grote vermogens, minimale belastingsvoeten, eenheidstaks voor de multinationals, enz.).
3. De sociale bescherming, de overheidsdiensten en de non-profit versterken en uitbreiden, met inbegrip van onderwijs, de sociale economie, sociale huisvesting, het verenigingsleven en cultuur. Zowel om de ondergefinancierde sectoren van de sociale zekerheid opnieuw te versterken als om nieuwe rechten te creëren (verhoging van het minimumloon, collectieve arbeidsduurvermindering, individualisering van rechten, bescherming van de kunstenaars, kwaliteitsvolle sociale huisvesting, enz.). Het gaat er ook om een aantal essentiële sectoren zoals energie, gezondheid, cultuur, huisvesting, vervoer, post, banken, enz., uit de markt- en winstlogica te halen. Zo staan zij weer ten diensten van de bevolking én onder controle van de bevolking.

4. Met spoed investeren in de ecologische transitie via overheidsinvesteringen in sectoren die noodzakelijk zijn voor het duurzaam maken van de maatschappij (energie-infrastructuur, overheidsbeleid inzake isolatie van gebouwen, investeringen in herlokalisatie, ontwikkeling van de agro-ecologische landbouw, openbaar vervoer en zachte vervoersmiddelen, enz.).

III Een democratisch front vormen

Hoe kan, boven op de antwoorden die werden geboden voor de huidige crisis, de sociale dynamiek blijven duren en hoe kunnen we de vier bovenvermelde prioriteiten in de geesten verankeren en in de politiek verwezenlijken?

De huidige toestand biedt enerzijds de kans om de kapitalistische structuren om te buigen of om te gooien, maar dreigt anderzijds die structuren te versterken en een autoritaire en discriminerende Staat te bestendigen.

Om deze kans te grijpen, moeten we een front vormen met brede allianties om een gunstige machtsverhouding te krijgen. Dit betekent niet dat we de specificiteiten mogen negeren. We moeten daarentegen wel de versnippering, of erger nog, de verdeeldheid van de krachten vermijden. Want dan zouden we onmogelijk kunnen voorkomen dat het scenario van 2008 zich herhaalt: socialisering van de verliezen via “reddingsoperaties” van grote bedrijven, massale afdankingen, nieuwe soberheidsmaatregelen, druk om het aantal privatiseringen op te drijven, bijkomende aanvallen op de sociale rechten, sociale zekerheid en arbeidswet, hervatting van de wedren om de hoogste groei en de beste concurrentiepositie, toename van de ongelijkheden en de precariteit, verdere vernietiging van de ecosystemen, …

Om dit te verwezenlijken zeggen we neen tegen overhaasting, ook al zijn we ons terdege bewust van de hoogdringendheid. Een brede, solidaire, populaire, machtige en offensieve sociale beweging wordt niet in enkele dagen gevormd op de sociale netwerken.

We richten dan ook een verbindingscomité op in het licht van het sociaal, ecologisch en democratisch front waarvoor we vurig pleiten. We doen dit vastberaden, maar ook bescheiden: er bestaan andere initiatieven in Wallonië en Brussel, ook vanuit sommige sectoren, waarop we de onze kunnen afstemmen (als onze fundamentele opties worden aanvaard), en uiteraard ook in Vlaanderen, op federaal en op Europees niveau. We laten ons ook inspireren door de grote mobilisaties van de laatste tien jaar waarvan we de successen en beperkingen analyseren.

We streven de volgende drie doelstellingen na:

1. De slag om het verhaal winnen
Op korte termijn willen we samen nadenken en ideeën uitwisselen om te vermijden dat er zich een reactionair of neoliberaal verhaal rond de crisis in de geesten zou nestelen. We kunnen de tools onderling verrijken en aanvullen, en we kunnen ook proberen gemeenschappelijke elementen te vinden voor een progressief verhaal rond deze crisis en de alternatieven.

2. Een democratische mobilisatie voor een nieuw sociaal, ecologisch en democratisch pact
Het komt eropaan een democratisch instrument te ontwikkelen dat het engagement van het verenigingsleven, de militanten, vakbonden, ziekenfondsen, enz. mobiliseert en samenbrengt met het oog op de invoering, voorbereiding en werking van een Staten-Generaal voor een sociaal, ecologisch en democratisch pact, en dit vanaf het najaar 2020 tot in juni 2021. De context is veranderd, en onze maatschappij kan zich niet meer veroorloven te berusten op een pact dat gedreven wordt door eigendom en de hang naar productiviteit, zoals het iets minder dan een eeuw geleden geleidelijk aan werd uitgetekend. Maar de sociale geschiedenis heeft het aangetoond: een pact wordt niet afgekondigd, het wordt veroverd door de slag te winnen.

3. De strijd versterken en de krachten bundelen
Het doel is om tot een brede consensus te komen over de vier bovenvermelde prioriteiten teneinde elkaar onderling te versterken en een volksbeweging uit te bouwen die in staat is sociale en ecologische strijdpunten te formuleren, uit te dragen en te behalen.

We zijn ons ervan bewust dat, om op termijn een dynamisch, legitiem en stevig front te kunnen uitbouwen, het essentieel is te werken vanuit de ervaring die we al hebben, die te herwaarderen en concrete voorstellen naar voor te brengen die voortvloeien uit de gezamenlijke kennis op basis van wat we leerden uit de epidemie en de voorgaande crisissen.

De coöperatieven van naaisters, de studentenvakbonden, landbouworganisaties, netwerken van solidaire initiatieven (uitdeling voedsel- en hygiënepakketten in de wijken, enz.), burgercollectieven, sociale centra, koeriersorganisaties, organisaties voor mensen zonder papieren, verenigingen die daklozen helpen, steuncomités voor personen in hechtenis, ouderverenigingen uit de volksbuurten, de gele hesjes, de organisaties van werklozen en uitkeringsgerechtigden, bewonersgroeperingen, … moeten, samen met de andere, meer « traditionele » organisatievormen, de plaats innemen die zij verdienen in het politieke debat.

Gesterkt door deze ruime en veelzijdige groepering zullen we, mits respect van ieders beslissingsautonomie, een aantal prioriteiten en agenda’s op elkaar kunnen afstemmen om allen samen op verschillende tijdstippen « steeds weer op hetzelfde te hameren ».

Dit front, dat zowel een politiek discussieforum als een instrument is ten dienste van de huidige strijd, kan dan een belangrijke stuwende kracht worden om de intersectorale solidariteit aan te moedigen en de strijd uit de hokjes te halen.

Om u aan te sluiten bij het initiatief en vanaf nu bij te dragen, gelieve het formulier in te vullen dat terug te vinden is onderaan de tekst op volgende webpagina:
http://www.gresea.be/Un-front-social-ecologique-et-democratique-pour-reinventer-l-avenir