images/headerlefonline.jpg
Delen van artikels

Het verzet van de vakbonden tegen onderdelen van het federale regeerakkoord werd geframed als een opstand tegen het langere werken. Niet enkel is het ACV-standpunt over dat langere werken wel iets genuanceerder dan dat. Maar vooral werd ternauwernood aandacht besteed aan wat syndicaal nog het sterkst verontwaardigde, zijnde de drievoudige aanslag op de werklozen. Of hoe benoem je anders de hervorming van de wachtuitkeringen voor schoolverlaters, de versterking van de degressiviteit voor de langdurig werklozen en de schrapping van de toeslag voor werklozen van 50 tot 54 jaar?

De hervorming van de wachtuitkeringen werd bliksemsnel in de steigers gezet. Al komt er onder druk van de vakbonden nog wel een welgekomen correctie voor de werklozen met sterk verminderde arbeidsgeschiktheid en de deeltijdsen. De aanslagen op de langdurig werklozen en op de oudere werklozen zijn nog in voorbereiding, met het oog op uitvoering midden 2012.

Gebroken beloftes

Die verontwaardiging wordt ook gevoed door de stuitende onverschilligheid voor de desastreuze effecten die deze inleveringen gaan aanrichten. Nochtans beloofden de Belgische overheden om zich in het kader van het nationale hervormingsprogramma voor Europa 2020 netjes te gaan gedragen volgens de Europese voorschriften. Europa wil tegen 2020 het aantal personen in armoede of uitsluiting met 20 miljoen verminderen. En België zegde inmiddels toe dat het zijn deel zou doen: tegen eind het decennium 380.000 mensen minder in armoede of uitsluiting. Met daarbinnen een bijzondere nadruk op de bestrijding van de kinderarmoede.

Tot daar de virtuele wereld van het glanzend en geduldig papier voor de schone ogen van Europa. Wat zal evenwel gebeuren in de reële wereld, out there? Niet de voorkoming en de bestrijding van de armoede, maar precies het tegengestelde. Het organiseren van de armoede en uitsluiting. En dan vooral door de brute aanslag op het inkomen van de langdurig werklozen vanaf midden dit jaar. Een aantal uitzonderingen daargelaten, wil de regering hun uitkering na 16 à 24 maand werkloosheid laten zakken naar een strikt minimum. En dat ook voor gezinnen zonder enig ander inkomen. Dat is niet meer of minder dan een massieve verarmingsoperatie.

Tenenkrullend

Niet overtuigd? Bekijk gewoon de naakte cijfers voor een paar typegevallen.

Een werkloze alleenstaande komt met deze besparingsmaatregelen terecht op een maandelijkse uitkering van amper 916,24 euro. Voor wie vandaag moet rondkomen met de maximumuitkering betekent dat 17,5% koopkrachtverlies, op jaarbasis 2.337 euro minder. Een gezinshoofd, dus zonder enig ander gezinsinkomen, strandt op 1090,70 euro, een aderlating die kan oplopen tot 1.778 euro per jaar ofte 11,9% koopkrachtverlies.

Vergelijk dat vervolgens met de Europese armoedenormen. In 2012 bedraagt die 1.047 euro per maand voor een alleenstaande. Voor een gezinshoofd met enkel een partner moet je er 50% bijtellen. Voor elk kind beneden de 14 jaar moet je er nog eens 30 procentpunt bij doen.

Dan blijkt dat de langdurig werkloze alleenstaande op een inkomen terechtkomt dat 12,5% onder de Europese armoedenorm zit. Een gezinshoofd met enkel een partner zonder inkomen zakt 31,5 % onder de norm.

Als er kinderen in het gezin zijn komt er weliswaar verhoogde kinderbijslag bij, maar dat verfraait het beeld niet. Neem bijvoorbeeld een langdurig werkloos gezinshoofd met een partner zonder inkomen en met twee kinderen van respectievelijk 12 en 13 jaar. Dan bedraagt het gezinsinkomen, kinderbijslag inbegrepen, 1.509,93 euro per maand. Dat is nog altijd 31,3% onder de Europese armoedenorm voor dat gezinstype. Kinderarmoede kortom

Nu al leeft 47% van de arme kinderen in een gezin zonder tewerkgestelden. Dat aantal dreigt met deze maatregelen drastisch toe te nemen. Was het nochtans niet precies België dat tijdens zijn Europees voorzitterschap in 2010 bestrijding van de kinderarmoede als topprioriteit wilde opdringen aan de andere landen?

Beschamend. Niet in het minst voor de regeringspartijen die daar samen voor hebben getekend. Bij de liberale partijen ligt dat de lijn der verwachtingen. Die zitten in de regering om de taboes van de rijken en de bedrijfswereld te bewaken en dus de sanering af te wentelen op de zwakkere schouders, verwikkeld in een bitse overlevingsstrijd met N-VA. Dat de andere regeringspartijen hieraan hebben willen meewerken is onvergeeflijk. Maar al even tenenkrullend is hoe die verarming voor de langdurig werklozen t’ allen kant wordt mooi gepraat.

Lage uitkeringen als val

De werkloosheidsuitkeringen zijn te hoog in verhouding tot wat je verdient als je aan de slag gaat, heet het. Nonsens. Het Antwerpse Centrum voor Sociaal Beleid monitort de werkloosheidsvallen al jaren. En stelt keer op keer vast dat het gros van de werkloosheidsvallen al lang is weg gewerkt, ook als je de kosten voor kinderopvang van werkenden in rekening brengt. Het Centrum bekijkt de zaak dan ook nog zeer streng, door de winst van werk voor het totale gezinsinkomen te berekenen. Terwijl werklozen vooral kijken naar het verschil tussen de individuele uitkering en het toekomstige nettoloon. Individueel bekeken is het procentuele verschil nog groter. Vergeet bovendien niet dat werk zoeken een aardige duit kost: postzegels, telefoon, internet, verplaatsingen, een verzorgd voorkomen ook. Begin er maar aan, als je niet eens voldoende hebt om je huur te betalen. Zo werken lage werkloosheidsuitkeringen eerder als val, dan als springplank.

Verloren voor de arbeidsmarkt

Door de werkloosheidsuitkeringen te verlagen, activeer je de mensen en gaan ze aan de slag, heet het. Veel beter, ook qua inkomen, dan in de werkloosheid te blijven. Het was de cynische redenering van Alexander Decroo in november 2011, toen hij de stopzetting na drie jaar van de wachtuitkeringen verdedigde: ”Iiemand die 700 euro per maand krijgt, is al arm. Je moet ze er uit proberen te krijgen”.

Recentelijk wordt ook verwezen wordt naar de goede tewerkstellingsresultaten van de actieve opvolging van de langdurig werklozen. Zoals weer eens zou blijken uit het laatste evaluatierapport van de RVA. Alsof activering en verarming synoniem zijn. Dat is het nu net. Als we mensen door hen te goed te begeleiden en op te volgen in hun zoektocht naar werk, voor hun verantwoordelijkheid plaatsen, dan zie je dat ze die overwegend ook nemen. En dat dit wel degelijk zijn tewerkstellingseffect heeft, tenminste als er reële tewerkstellingsperspectieven zijn.

Maar dat is een andere benadering dan de werklozen eerst te broodroven, en dan te hopen dat zulks de trigger is voor wedertewerkstelling. Spijtig, maar zo werkt dat niet. En de laatste evaluaties van de RVA tonen dat ook aan. Die heeft voor het eerst eens bekeken wat terechtkomt van de mensen die hun uitkering verloren ingevolge een negatieve evaluatie. Wat blijkt? Slechts een bijzonder klein deel vindt de weg naar een job. Een belangrijk deel komt terecht in de sociale bijstand. En een nog belangrijker deel verdwijnt zowel uit de arbeidsmarkt als uit de sociale zekerheid. Die ben je dus simpelweg kwijt voor het bedrijfsleven. Terwijl het nu net de bedoeling was de werkzaamheid op te krikken.

Activering moet vooral een verhaal zijn gebaseerd op een evenwicht tussen rechten en plichten. Die balans is totaal zoek met de lineaire ingreep die op stapel staat. Omdat ze net zo goed bikkelhard de langdurig werklozen treft die wanhopig op zoek blijven naar werk, diegenen waarvoor de RVA al bij herhaling heeft moeten vaststellen dat ze positief blijven meewerken.

11 à 20% minder mens

Die Europese armoedenormen die je hanteert zijn te streng, heet het. Dat was het weerwerk dat economen laatst boden tijdens een debat georganiseerd door het blad Trends. Dat zijn dezelfde economen die vinden dat België wel slaafs alle andere Europese benchmarks moet volgen. Maar zelfs als je de afgezwakte Europese armoedenorm neemt, berekend op slechts 50% in plaats van 60% van het nationale mediaaninkomen, dan stel je vast dat het minimum voor een langdurig werkloos gezinshoofd nog altijd 16,7% onder de norm zit.

Toegegeven, de Europese armoedenorm is een redelijk theoretische constructie. Het Centrum voor Sociaal Beleid heeft er een interessante alternatieve norm naast gezet: wat heb je in België nodig om op een menswaardige manier aan de samenleving te kunnen participeren? Als je hun laatste richtbedragen indexeert naar februari 2012, dan kom je voor een Vlaamse werkloze alleenstaande die is aangewezen op de private huurmarkt uit op 1.026 euro per maand voor een vrouw en op 1.029 euro voor een man. Voor een Vlaams koppel is 1.363 euro nodig per maand. De minima in de werkloosheid zitten daar 10,7 à 11,0 % onder voor een alleenstaande en 20,0 % voor een koppel.

Gedrum en verzuim

Repeat: het gaat hier over het minimum om menswaardig te leven. MENSWAARDIG!!! Kennelijk wordt die menswaardigheid – in het politieke gedrum om de gunst van de hardwerkende Vlaming – niet gegund aan de langdurig werkloze.

Al even ergerlijk is het schuldige verzuim van de kritische intellectuelen. We hebben in België een rist excellente onderzoekers rond topics als armoede, uitsluiting, ongelijkheid en arbeidsmarkt. In de internationale publish or perish competitie kunnen die magnifiek hun mannetje staan. Maar wie van hen heb je gehoord in het debat over de degressiviteit van de werkloosheidsuitkeringen? Wees maar zeker dat ze de gevolgen ervan binnen enkele jaren uitvoerig gaan verwerken in hun onderzoek. Om dan vast te stellen dat het Belgische sociale model niet meer is wat het geweest is. Voeding gevend aan hen die vinden dat we dat model grondig moeten vernieuwen. Maar waar zaten die de voorbije maanden?

Eén enkele uitzondering, de alom gerespecteerde Bea Cantillon van het Centrum voor Sociaal Beleid, die eind 2011 in De Morgen moedig tegengas gaf: “Ik vind het absoluut niet kunnen dat in het regeerakkoord staat dat de uitkeringen voor langdurig werklozen verminderd worden. Ze zijn al zo laag”. Cantillon staat nochtans bekend als een stevig pleitbezorger van een intelligente activering van werklozen. Maar stelt met ons vast dat dit soort ‘activeringsbeleid’ aan het ontsporen is.

Reparaties

Het kan absoluut niet, stelde Cantillon terecht. Maar het zal wel degelijk gebeuren. Dit is niet meer tegen te houden. Tenzij eventueel nog via juridische procedures. Hoe vaak kregen we niet te horen dat het regeerakkoord een bijbel is. En van Europa moet je ook al weinig weerwerk verwachten. De strategie Europa 2020, met zijn fraaie doelstelling inzake armoedebestrijding, is immers al aan wiegendood gestorven. Je gelooft toch niet dat de Europese Raad een Lidstaat op de vingers gaat tikken omdat ze de Europese armoededoelstellingen weglacht? Dat deed ze vorig jaar niet. En dat gaat ze in de nieuwe Europese semester evenmin doen. Het enige wat Europees nog van tel is, is de budgettaire kadaverdiscipline en de economic governance. Duitsland zag van 2005 tot 2010 het aantal personen met risico op armoede toenemen met 2.688.000. Dat is een stijging met 27,0%. Maar je denkt toch niet dat ze daarvoor Europees nu spitsroeden dreigen te lopen?

Laat ons in elk geval hopen dat we op eigen kracht de scherpste kanten weten af te ronden. Door een deel van de beschikbare middelen voor de welvaartsvastheid van de uitkeringen selectief in te zetten voor een verhoging van de minima in de werkloosheidsverzekering. En door de langdurig werklozen met de zwakste tewerkstellingsperspectieven te vrijwaren. Ik denk dan met name aan de werklozen met sterk verminderde arbeidsgeschiktheid. Een groep waarvoor we al een verzachting hebben bekomen in de wachtuitkeringen.

Dit is blijkbaar de enige manier om massieve verarming enigszins te counteren.

Chris Serroyen
(De auteur is hoofd van de ACV-studiedienst.)

Deze opinie verscheen op 22 / 03 / 2012 op de website van de VRT